Wijkdata ter bevordering
van Community Care
Het verzamelen van gegevens speelt tegenwoordig in bijna elke branche een grote rol. Zo ook in de zorg. Community Care Zuid-Limburg, waarin zestig organisaties samenwerken om ouderen langer thuis te laten wonen, gaat nu ook gebruik maken van de zogenoemde wijkdata.

“In de afgelopen drie jaar zijn we bezig geweest met het opzetten van Community Care”, zegt Nelleke Tinbergen, programmamanager Community Care bij Sevagram. “Daarbij hadden we drie onderzoeksvragen. Een van die vragen was welke data er beschikbaar is? Welke data kun je gebruiken om Community Care in de wijk op te zetten of door te ontwikkelen.”
Innovatielab
Om dit te realiseren werd de hulp ingeschakeld van het Innovatielab van Sevagram. “Met die vraag zijn we aan de slag gegaan”, legt projectleider Innovatie bij Sevagram, Martijn Steijns, uit. “We zijn eerst gaan kijken welke data überhaupt beschikbaar is. De Gezondheidsatlas van de GGD Zuid-Limburg gaf de beste aanknopingspunten. Maar er zat heel erg veel data in. Te veel, waardoor het voor Community Care gebruikersonvriendelijk zou worden. Vervolgens zijn we gaan kijken welke data in de Gezondheidsatlas raken aan de vier indicatoren van Community Care: sociale participatie, eenzaamheid, zelfredzaamheid en samenredzaamheid.” “Als je die beïnvloedt, dan wordt langer thuis wonen mogelijk”, vervolgt Nelleke Tinbergen. “Dan versterk je de sociale cohesie, wat wetenschappelijk bekend is. Dus op die dingen wil je invloed hebben. Om dit te realiseren moet je wel eerst weten hoe het er nu voorstaat op gemeentelijk- en wijkniveau. En daar komt de data om de hoek kijken.”
Maatwerk
Om de data op maat te krijgen voor Community Care, zijn er eerst een aantal sessies geweest met de coördinatoren van Community Care de Universiteit Maastricht en het Lectoraat Wijkgerichte Zorg van Zuyd Hogeschool. Ze hebben gekeken welke data er voorhanden is en welke daarvan nu past bij Community Care. Deze gegevens zijn vervolgens gebundeld in een eigen monitor onder de naam Wijkdata. Sommige thema’s worden eens per twee jaar onderzocht door de GGD, andere eens per vier jaar. Hierdoor gaat het verversen van de data ook snel en gemakkelijk. Technisch gezien is er een koppeling tussen de Gezondheidsmonitor en de monitor Wijkdata, waardoor de gegevens niet iedere keer opnieuw hoeven te worden ingevoerd. De data kan op gemeente- en op wijkniveau worden geraadpleegd.
Tijd nodig
Een keer per twee of vier jaar nieuwe data lijkt erg lang? “Maar dat is het niet”, zegt Nelleke Tinbergen. “Veranderingen binnen de vier thema’s van Community Care hebben tijd nodig. Als je vandaag iets verandert in de wijk, wil dat niet zeggen een hele groep bewoners zich bijvoorbeeld direct minder eenzaam voelen. Het duurt nou eenmaal twee tot vier jaar voordat je echt een verschil zult meten binnen een hele populatie.”
Geen heilige graal
De data is overigens niet de heilige graal waarmee je antwoorden krijgt om sociale participatie, eenzaamheid, zelfredzaamheid en samenredzaamheid op te lossen of te bevorderen. “Nee, zeker niet”, benadrukt Nelleke Tinbergen. “De data is een startpunt. Je moet vervolgens aan de hand van die data vragen gaan stellen en onderzoeken waar de meeste winst valt te behalen. Op dit moment draaien er drie proefprojecten Community Care; in Maastricht, Heerlen en Valkenburg. In 2026 willen we rondom alle huizen van Sevagram, en dat zijn 18 wijken, Community Care geïmplementeerd hebben. De zelf ontwikkelde monitor Wijkdata gaat ons daar enorm bij helpen.”
Voor iedereen
Sevagram heeft dus de monitor Wijkdata ontwikkeld, maar gaat die via de website van communitycarzuidlimburg.nl voor iedereen beschikbaar stellen. “Community Care is een samenwerking van veel partijen, dus dan moet je ook de tools aan elkaar bieden”, is de visie van het projectteam. Coördinatoren, beleidsadviseurs, casemanagers, wijkverpleegkundigen of sociaal werkers zullen er profijt van hebben in hun werk. De gegevens in de Wijkdata omvatten de gemeenten Beek, Beekdaelen, Brunssum, Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Maastricht, Meerssen, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein, Vaals, Valkenburg aan de Geul en Voerendaal.
Eenvoudig te gebruiken
Als voorbeeld tovert Martijn Steijns de Wijkdata monitor op een groot scherm. Hij laat zien hoe je het verschil in eenzaamheid tussen Valkenburg en Maastricht in kaart kunt brengen. Het is een kwestie van aanvinken. Vervolgens pakt hij er ook nog de onderliggende indicator kwaliteit van leven bij. Met één druk op de knop zie je vervolgens het verschil tussen de twee steden in de loop der jaren in een grafiek. Om dieper te graven kunnen specifieke wijken in de gemeente worden geselecteerd en de uitkomst ervan leidt al direct tot vragen bij Nelleke Tinbergen. “Kijk daar zie je een bijzondere ontwikkeling. In die wijk daalt de eenzaamheid, maar gaat de kwaliteit van leven achteruit. Hier moet je dus verder onderzoek naar verrichten. Wat is de oorzaak en wat kunnen we eraan doen? Hoe zit dat in andere wijken?”
Aanwinst
Het mooie van de monitor is dat je ook gelijk gegevens kunt exporteren. Die kunnen dan weer gebruikt worden in een presentatie. Vaak is de interpretatie van een van de vier indicatoren van Community Care in een wijk buikgevoel. Door de Wijkdata is dit nu ook te onderbouwen met cijfers en kun je dus ook doelgerichter zaken aanpakken. Een grote aanwinst voor de verdere ontwikkeling van Community Care!
Wie meer wil weten over de monitor Wijkdata kan een berichtje sturen naar Nelleke Tinbergen (nelleke.tinbergen@sevagram.nl) of naar Martijn Steijns (martijn.steijns@sevagram.nl).
Doe jij mee?
In Zuid-Limburg gebeurt iets moois: de handen worden in elkaar geslagen om ouderen langer op een fijne en goede manier thuis te laten wonen. Om eenzaamheid tegen te gaan. Zo voorkomen we dat ons zorgsysteem vast loopt. Help mee, sluit je aan, doe mee!